Heel verhaal! en nu veel foto's ook! - Reisverslag uit Bisjkek, Kyrgizië van Paul Est - WaarBenJij.nu Heel verhaal! en nu veel foto's ook! - Reisverslag uit Bisjkek, Kyrgizië van Paul Est - WaarBenJij.nu

Heel verhaal! en nu veel foto's ook!

Door: paulopdefiets

Blijf op de hoogte en volg Paul

15 Augustus 2011 | Kyrgizië, Bisjkek

Vanaf de yurtstay mochten we nog een stukkie lekker afdalen. Na het oversteken van de rivier, volgde weer wat klimwerk langs het hek van de Chinese grens. Aan die kant zie ik sneeuwtoppen, die ik over een tijdje zeker van de andere kant zal zien: De Karakorum Highway naar Pakistan ligt slechts 200 kilometer oostwaarts. Na de lunch komt ere en koppeltje aan; zowaar alweer Klemens und Birgit! Samen doen we het laatste klimmetje en pedaleren dan rustig naar Karakul aan het prachtige Karakul-meer: “Zwart water”, maar het is Azuurblauw, omgeven door vele sneeuwtoppen waaronder Lenin peak van 7134m. Waarschijnlijk is het meer zwart als het bevroren is in de winter. In de Homestay waar het Zwitsers stel blijft, trakteren ze ons op afscheidsthee met brood en honing en boter en een heerlijk sort van oliebollenhapjes. Tom, Martin en ik fietsen nog 17 km rondom het meer, met heftige tegenwind en in prachtig avondlicht, d’n Hollander de waaier regelend als ware hij Henkie Lubberding, maar dan zonder de lange manen. We vinden wat beschutting achter een dijkje, zodra de tenten staan en verzwaard en gezekerd met stenen, extra lijnen en fietsen in het rulle zand, gaat de wind liggen.
In de ochtend weten we dat ons 2 klimmen wachten, weg van het meer en later de Kyzyl art-pas, 4282m en net achter de Tadjiekse grenspost. Martin, die een kilootje of 40 op zijn fiets heft hangen en geen 4 maanden training in de benen heeft, blijft al vlug achter. Tom en ik wachten een uur na de klim, maar nog steeds geen spoor. We leggen de naam “Martin” op de weg, met een briefje onder de M. De afdaling gaat 4 km goed en snel, maar dan gaan we de hoek om een breed dal in en: enorme tegenwind. Na een km of 3 kop over kop is het lunchtijd en eten Tom en ik alles op, wat we nog hebben. Bij vertrek, jawel: een fiets met een extra 80-literzak achterop komt net tegen de wind in geborsteld. Martin had een inzinking maar is die te boven. Nog wat verderop doemt weer een zwitsers koppel op: Jorg en Rahel. Tom wil sneller door naar de grens en Sary Tash en klimt in zijn snellere tempo tegen de heftige wind de pas op. Ik poog Martin uit de wind te zetten, maar het wegdek
is er niet, er is alleen zand, stenen, los grind, wasbord, keer op keer lost hij. Omdat ik vandaag de grens over moet, ga ik ook op eigen tempo verder. Bij een toilet- en fotostop is Martin er al weer, later zal Jorg zelfs afstappen om Martin op het steile klimstuk omhoog te duwen : Alle Menschen werden Brueder, als het levenspad maar zwaar genoeg is! Dat merk je keer op keer onderweg; HOE MINDER MENSEN HEBBEN EN HOE ZWAARDER HET LEVEN, DES TE MEER ZE DELEN. Murghab wil graag duurzame energie voor internet voor de jeugd, 1 cent per km of per 5 hoogtemeters. Ik hoop, dat jullie lezers wellicht niet zoveel hebben, zodat je een uurloontje of 1-2 kunt missen.
Op de steile klim pas ik een tactiek toe: als de wind fel opsteekt: relaxed afstappen en genieten van de omgeving, zodra hij minder wordt: volle kracht vooruit (5-6 km per uur). De omgeving is weer fantastisch: volkomen desolaat maar wonderschoon, ook de wolken helpen goed mee. Als ik bij de eerste gresnpost kom, zie ik juist Tom verderop om de hoek verdwijnen voor de laatste km naar de pas. Als ik de derde post verlaat (waarom makkelijk doen aan de grens als het moeilijk kan?) Komen Jorg en Rahel net bij de eerste aan. De afdaling na de pas is fabelachtig, een schitterend niemandsland waar ik weer een zandsample voor www.annekescholte.nl meeneem (uit welk land komt deze nou, Anneke?). Het is leuk om voor Anneke, die ik vooral ken van de kindertuin in Jeruzalem, de curus ecologisch tuinieren en het volkstuincomplex op Moerenburg, de ogen hiervoor open te houden. Mede dankzij haar kijk ik met heel andere ogen naar de bermen en alle volkstuintjes onderweg. En van alle zandsampletjes nem ik een nog kleiner sample en doe deze mm voor mm in een glazen potje. Zo heb ik een mooi gelaagd aandenken aan de trip.
Ik stop keer op keer om te genieten en foto’s te maken, een prachtintroductie tot Kirgizie. Ik kreeg tijdens mijn bootfeest in 2006 (“bijna tussen de Hall en het schip gevallen”) het boek “ De Gouden Capuchon” ( http://www.frankvanrijn.nl/?page_id=104 ) kado. Hij fietst daarin naar o.a. Uzbekistan en Kirgizie. Dat zette mij ertoe aan, in deze richting te gaan. Onderweg koos ik ook nog voor Tadjikistan en de Pamirs, een tocht hierdoor beschrijft Frank in zijn nieuwste boek lees ik net!
Als ik het steile afdalen gehad heb, moet ik in de brede valley een snelstromende en aan het eind van de middag kniediepe rivier oversteken. De weg is finaal weggeslagen evenals de brug, maar blijkbaar kan de zon vandaag geen indruk maken op het ijs hoog op de toppen, ik fiets rustig door een kabbelend beekje. Verderop houden 2 schaapshoeders en een ezel me tegen; poseren geblazen op de ezel. Ze krijgen 2 lege flessen en een pen kado en zijn daarmee verguld.
Na de Kirgizische grenspost, uiteraard weer via 3 kantoortjes (Frank van Rijn noemt het hier “ Stempelstan”), zie ik 27 km verder Sary Tash al liggen. De hongerklop besluipt me echter en is sneller tegen de heftige tegenwind als ik. Ik maak een foto van een bloempje, dat middenin het asfalt omhoog is gegroeid en blijf 5 minuten gestrekt liggen. Uit mijn tassen diep ik een restje oud brood op en herinner me dan opeens het ene puntje Viola, dat ik gisteren in de meer rommelschuur dan winkel van Karakul wist te kopen. Een heus puntje “ La vache qui rit a la Tadjikistan”, alles kan een mens gelukkig maken!
Als ik het brede Kyzyl-suudal eindelijk overgestoken ben hoop ik in de luwte van de bergrug daar te komen, maar niets is minder waar. Ik wordt vergast op een welkomstbuitje en nog sterkere tegenwind. Eindelijk in sary Tash, in de 1e versnelling uiteindelijk, komt Tom net uit een winkeltje. Een jochie roept homestay en ik dring aan op snel daarheen gaan. Binnen krijg ik brood en thee en installer me onder dekens. Ik he been enorme verkoudheid opgelopen in weer en wind, eentje die me nog een week zal vergezellen. Ja mensen, wereldleed heerst ook in Kirgizie! Maar lastig is het wel em je raakt zo snel door de broodnodige tissues en toiletrollen heen. Tom gaat naar de winkel en brengt wat repen mee. Samen eten we alle overgebleven aardappels met aardig sausje op. In het hostel is uiteraard weer een Zwitsers stel op de fiets; de zuster uit Korogh en haar vriend. Net als ik vertel, dat Martin eigenlijk ook naar Sary Tash zou komen en je nooit weet of hij dit deed, gaat de deur open en komt hij binnen. Zelfs Tom was goed moe, maar Martin forceerde zelfs zijn knie om het te halen.
In de ochtend gaat Tom om 8 uur op pad, hij moet over 3 werken in Urumchi zijn, een Chinese stad vanaf waar zijn neef meefietst tot de oostkust. Jammer dat zijn schema zo strak is. Was zijn oorspronkelijke doel half oktober terug na ook de VS doorkruist te hebben, inmiddels is dat al de kerst geworden (en stiekem 20 december denk ik, dan is zijn Laura jarig) en nog moet hij haasten, zonde. Ik blijf lekker in bed, pas om 11 uur gaan Martin en ik met 12 % verlies (goede afspraak hier, iedereen houdt zich aan deze wisselkoers) wat geld wisselen en het hoognodige bij elkaar shoppen. Dan blijkt er bij Martin weer een achterwielspaak gebroken. Toch niet het slimste om te doen, voor 3 weekjes 40 kilo meeslepen, al blijkt die grote tas bij het koken vaak een bron van vele zoete en pittige genietingen!). Ik ga weer terug onder de klamme lappen en we vertrekken om 2 uur. De klim naar de Taldyk pas van 3615m is maar 500 meter hoog en op de top zijn 5 hele leuke kids met natuurlijk weer een ezel. De afdaling gaat over vele rauwe haarspelden, men is druk bezig dit laatste stuk te verbeteren om het later te asfalteren. In de avondzon na de afdaling een foto van een klassiek ritueel hier: je Perzisch tapijt leg je gewoon op de asfaltweg en dan lekker schrobben. Na op een lekker kampeerplekje geslapen te hebben, fietsen we door het prachtige en veel groenere landschap naar Gulcho. Onderweg een betere wisselkoers in een winkel met een ruime sortering gevonden. Ik schaf een ruime chocoladereepsortering aan, die hongerklop zal ik voortaan kloppen, wind of geen wind. We merken wel al wat van het alcoholisme hier, diverse mannen zijn in de middag al flink van het padje. Voor Gulcho is een jongen met zijn fietske aan het klungelen. Zijn ketting is niet meer te redden. Nog maar een heuveltje of 3, Martin en ik duwen hem omhoog en we moeten erbij zingen: “ Jimmy” van Boudewijn de Groot, “ Op Fietse” van Skik, “Bicycle race” van Queen en natuurlijk “ Bike” van de Syd Barret Floyd komen voorbij. Een mooie foto tot afscheid en als dank stuurt hij ons de grote weg op richting bazaar, aan de verkeerde kant van de rivier. Dus wacht een prachige voetgangersbrug ons, die we anders nooit genomen hadden.. Na goede inkopen gedaan te hebben, lekker koken en slapen langs de zijrivier, die vanaf de volgende klim komt.
In de ochtend vertrek ik om 9 uur naar de klim, terwijl Martin het toilet bezoekt, hij fietst op eigen tempo naar boven om de knie te ontzien. Na 2 uur en 15 minuten heb ik de 800 hoogtemeters van de 2389m hoge Chyrchyk-pas bedwongen: tijd voor thee, brood en yoghurt in een yurt op de top. Na bijna een uur ga ik afdalen. Martin begint dan net aan de eerste haarspeld van de laatste 300 hoogtemeters, zie ik in de verte.
Aankomst in Osh om half 3, druk verkeer, dat ben ik al wekenlang niet meer gewend. Tot twee maal toe draait een auto vanaf de andere weghelft recht voor mijn neus, waardoor ik noet remmen. In plaats van vaart te minderen, wordt ik wat opgefokt. Een auto een meter of 10 voor me draait zonder richting aan te geven ineens naar rechts om af te slaan en gaat dan vol in de remmen.. I kook, maar te laat: mijn voorwiel raakt de auto bij het achterwiel en ik kom te vallen. De auto rijdt nota bene nog door ook. Omdat ik niet rustig ben, vergeet ik het kenteken te onthouden. De politie had deze chauffeur een half uurtje schrik aan mogen jagen en moeten inprenten altijd te stoppen in zo’n geval. De schade bij mij is beperkt tot een schram en blauwe plek onder de knie en de fiets heeft een gebroken spaak in het voorwiel, zodat ik dit wiel maar weer eens beter uitbalanceer.
Hotel Taj Mahal in Osh is oke, het Franse stel uit Londen is er weer en ook een zeer sympathieke Engelsman, James, tight on his budget, zieke hond thuis en met de wens om na 3 jaar weer eens thuis te zijn. We kletsen tot onze oren tuitten. Ook is er een Nederlander, Elmar, met sterke meningen en weinig oog. Hij komt binnen met James, binnen een half uur beweert hij glashard dat hij die gast van de Vakantiefietser (komen mijn tassen vandaan) een gast vindt met de attitude van “Ik heb alles al gezien” en dat hij zo’n hekel heeft aan reizigers die geen biertjes met hem drinken, omdat ze tight on their budget zijn, terwijl hij met James binnen komt. Heeft overal een sterke mening over en zelf de attitude van “ik heb alles al gezien, doe dit soort reizen al 10 jaar". Jammer dat hij meer woorden heeft dan oog, volgens hem is de opmars van Belgische bieren in Nederland helemaal geen trend van de laatste 10 jaar, want 1 cafeetje in Amsterdam waar zijn broer werkt heeft die al heel lang. En dat ene speciale bier, dat je alleen bij de brouwerij in Belgie krijgt en dat zijn broer verkoopt: “De naam weet ik niet, maar het is zeker geen Westvleteren”. En meer van die sterk onderbouwde meningen. Ja mensen, we zijn een volkje om trots op te zijn! Het internet in Osh is niet zo snel als de meningsvorming van Elmar, waardoor ik er niet veel op mijn blog gespeeld krijg.
Op zaterdagmorgen neem ik afscheid van Martin en vertrek ik eindelijk weer alleen op mijn tochtje. Via Jalal-Abad, wat stuwmeren en 2 bergpassen naar de hoofdstad, Bishkek. De eerste dag fiets ik door een Brabants landschap: kleine kavels, koeien, gras, mais en zo vlak als nu eindelijk mijn buikstreek is (geen wasbord daar helaas). In Ozgon neem ik een duik met de plaatselijke bevolking in de rivier, die er ook meteen de auto wast. Een mooi gezicht; ze rijden de auto de rivier in en wassen hem daar. Een leuk en slim meloenverkopersechtpaar tracteert me op meloen tot ik bijna barst. Gisteren tracteerden ze de Oostenrijkse Hannes, met wie ik 2 dagen fietste van Korogh naar Ishkashim. Van Tom geen spoor, hij gaat te snel. In de vooravond leg ik aan bij een visrestaurantje: heerlijke gebakken vis, tomaatje, uitje en brood, voor een goede prijs. In de avondzon klim ik in 5 kilometer een meter of 300 weg van het grensmeer en ontwaakt de Nachterijder. Ik besluit mijn fluorescerende hesje aan te trekken en door te kachelen tot Jalal-Abad. Rahel had hier een mooie mening over: “ Daarom zijn we 5 jaar geleden in Zwitserland op de fiets gestapt, we willen niet meer doen wat we niet willen. En je ziet niets als het donker is”. Maar ik wil dit doen. In de avondschemering zag ik al veel beesten en de sfeer van het in het donker fietsen is ook iets aparts, die ervaar je niet als het licht is. Ook houdt het rijden in het donker je attent, het is een vak apart met wat meer gevaar.
Om half 11 en na 117 km bereik ik Hotel MolMol, Spartaans met oud spul en een koude douche, maar he, een douche en een bed en een dak: luxe zeg ik. Op het terras naast het hotel bestel ik een bier en 2 zakjes nootjes. Het backpackstel zit aan een tafeltje maar 2 tienermeisjes fluisterroepen me halfslachtig en ik ga bij ze zitten. Sabina van 19, een tandje minder, mooie voorgevel en gevaar lopend te verdrinken in mijn blauwe poelen en Anja van 18, Roodharig, meer tienerig en geen gevaar te vrezen van de verdrinkingsdood. Ze keuvelen lekker weg, handen en voeten helpen erbij. Ook hun vriendin komt erbij. Bij biertje 2 komen er 2 jongens bij, 28 en 31. De 28-er heeft een paar mooie gouden tanden maar begrijpt het nog niet helemaal. Als de meiden effe weg zijn, gebaart hij dat ik maar naar bed moet gaan: “ Dit is mijn tafel”. Hij fluit zelfs richting de kroegbaas als een volleerd mafiagangster, de angst slaat me om het hart (dacht ut nie, boske!) Ik maak duidelijk dat hij er later bij kwam en ga demonstratief aan de lege tafel ernaast zitten. De meiden komen terug en komen uiteraard bij mij zitten. Hij komt er weer bij hangen en ik herhaal de truc, terug naar tafel 1. Bij biertje 3 willen de meiden er ook 1. Ook willen ze naar de disco, maar nee: een tientje voor de entree: mij niet gezien daar. De vriendin van de Macho komt er ook nog bij, nu wordt het pas gezellig. Een maatje van de macho, nog wat ouder, bedenkt een plannetje: Ik mag een meiske kiezen: “Hundred bucks”. Dit type heeft het nog minder begrepen: “Ik heb een 1-persoonsbed, daar passen geen 4 meiden bij om te slapen, jongen”. Hundred bucks, 12 dagen fietsen hier, meer dan 100 biertjes, bende belatafeld. Vreemd is wel, dat de meiskes het prima vinden. Als ik opsta gaat meisje drie gearmd met me richting hotelingang, brabbelend en haar mooie décolleté showend. Op de trap daar zit een Duits stel dat een zwangere kat aait: daar ben ik dol op, Duitse stellen! Mooie afleidingsmaneuvre. Als de man mijn Rohloff ziet zegt hij: “ Ik heb nu ook een Rohloff, ingebouwd in mijn Brompton”. Brompton is een vouwfietsmerk dat zo’n beetje begint bij 2000 euro, Rohloffje erin en je hebt de hele fietsreis van me opgesoupeerd. Maar ik vind het een mooi verhaal: waarom niet, weer een auto minder in de spits op de drukke Duitse stadswegen.
Een goed nachtje slapen, ontbijten in luxe (koffie, brood met ijs bij gebrek aan kaas), inkopen doen en spelepraten met de mensen in de bazaar en en route. Klimmetje van een km of 4 in de middaghitte, dan voel je dat 4e biertje. Dan lekker dalen en wat op en af de hele middag. Een prachtstop bij een Shashlick-tentje (overheerlijke kipshashlick), zittend naast een warme familiebijeenkomst waarop ook nog eens mooi en tragisch gezongen wordt. Hier komt het fundament van het gedicht “ De Tafel van (z) elf” tot stand en ook een deel van de steigers. Ik hoop het in Islamabad af te hebben, wordt aan gewerkt! Na 89km vind ik het welletjes. Ik neem een zandpad langs een stroompje en bij een boerderij vind ik een tentplekje. Een oud echtpaar (hij Muselman, zij Omnivrouw) met 4 zonen en 4 dochters, 3 heerlijke kleinkinderen, een kat met 3 kittens en een katertje, een lieve hond en de waker aan de ketting wonen bij ze. Avondeten karig: brood, thjee, die smerige yoghurtballetjes, alles recht uit het hart. Beetje TV en snel naar bedje. In de ochtend ontbijt, terwijl de Muselman toe moet kijken, het is immers Ramadan. Nu ook gedroogde abrikozen en walnoten: het moet niet gekker worden! Het wordt gekker: als afscheidkado krijg ik zo’n heuse Kirgizische hoed. Ik kocht er al 1 in Murghab, dus Pa: wij hoeven op 8 oktober ons haar niet te kammen!
Lekker verder rollen en na 30 km de bergen in draaien. Hier volg ik de weg die langs het dal leidt, waar voorheen de Naryn-rivier stroomde. Nu liggen er 5 stuwdammen, achter de vijfde ligt het enorme Toktogul-stuwmeer. De weg is tegen de rotswand geplakt en fiets heerlijk: steeds op en af, terwijl ik eindelijk weer eens wind mee heb. Koken langs een beek, de laatste keer op benzine: de dure multifuelkoker lekt bij het voorverwarmingspunt, gevaarlijk en alles komt onder de roet. Niet kunnen verhelpen, vrees dat ik hier in Bishkek straks voor veel te veel geld gas moet kopen, maar 2 keer koken en dat is er weer uit. Kamperen verderop, langs een stroom die uit een natuurgebied komt.
In de ochtend kom ik na 15 km bij Karakol, waar de 250m hoge stuwdam ligt. Lekker ontbijten met zoetigheid en yoghurt, weer Snickertjes inslaan en dan die 250m klimmen. Daarna volgt de weg een dal langs een andere rivier, prachtig groen en ook hier weer forelrestaurantjes en heel veel groen, stroomversnellingen en bredere rivierdalen. Aan dit alles komt een eind, als de weg klimt om weer bij het Toktogul-meer te komen. Een meter of 500 niet te steil onhoog in 6 km, ideaal klimmetje. In de afdaling bijna een angstig moment. Ik lig voorover op de fiets, ellebogen sturend en handen vrij (heerlijk gevoel). Achter me komt een auto en ook is de weg voor me hobbelig, ik wijk naar de zijstrook, waar precies daar een aardig rotsbokje opdoemt. Goed kunnen ontwijken, maar het wijst er weer op, dat asfalt op je botten niet erg prettig is. Een duik is zo gemaakt en dat was ik hier niet van plan. In het Toktogul-meer bleek voor mij bijna een kilo forel gevangen te zijn. De nachtrijder rondt de meerpunt en in de avond neem ik een veiliger duik onder maanlicht in het meer.
In de ochtend vertrek met een “Lang zal die leven”: 74 jaar is ons pa nu, er mogen er nog 74 bij. Een paar lekkere klimmetjes en na 35 km net buiten Toktogul een 2e ontbijt: koffie, omeletje (meer soort flensomelet, goed spul) en een Snickertje. Dan vangt om 1 uur de klim naar de 3184 meter hoge Ala-Bel pas aan, door het groene “Muizen-”natuurgebied. Het meer ligt op 900m, dus ik moet 2300m omhoog! Na 30 km moet ik om 5 uur door onweer gedwongen mijn Pa’s verjaardag gaan vieren met heerlijk “Geschnitzeltes” en een schoon bier. Een hutje langs de weg heeft een portaaltje van 2 bij 2: daar passen mijn fietske en ik precies in.
Deel 2 van de klim vangt aan in de nu weer zonovergoten vallei: ik weet bij god niet hoe ver en hoog ik nog moet. Tweede ontbijtje naast een Yurt, vele honingverkopers (het gaat hier nog prima met de bijenstand) en ook emmers vol frambozen te koop, plukkerskampjes met ge-improviseerde tentjes langs de weg. De laatste 7 km van de in totaal 70 klimkilomters blijken wat steiler. Op de top nodigt een Bielefeldse Kirgizische vrouw me uit om mee te eten en drinken; worst en tomaat op brood en geen vodka maar franse cognac! Wat Kirgizische zatlappen (wel vodka!) willen allemaal op de foto en kwatsen richting Nergenshuizen-zuid. Ook leuk! De afdaling gaat lekker geleidelijk en dat doet me deugd: morgen wacht een klim tot 3586m hoge Tor Ashuu-pas. Elke meter die ik nu daal, moet ik morgen weer omhoog. Het brede dal van de Sushaamyr-rivier is een grote grasvlakte bezaaid met Yurts en omgeven door sneeuwtoppen. In een Yurt eet ik schapevlees en drink thee voor een prijs, waarvoor een westerse aanbieder zich niet hoeft te schamen. Vooraf de prijs vragen had me wat ontwikkelingshulp gescheeld. Kamperen aan de rivier achter een heuvel. In de ochtend om 9 uur startklaar: maar de fiets niet. Zowaar een lekke achterband! Er steekt een piepklein ijzerdraadje uit de buitenband. Ik moet terug richting rivier, het water giet ik in een opengesneden fruitsappak en zo vindt deze microtechnische alleseenkleinbeetjekunner het gaatje. Half 11 is ook een mooie tijd om te vertrekken, half 12 is een mooie koffietijd. Om half 1 doemt de klim op: een wirwar van haarspeldbochten, de laatste zie ik ver weg om de hoek verdwijnen. Dees gao ammol langzaam, Barend, 5-6 per uur! Na 9 km fiks klimmen lunchen en een kwartiertje dutten. 17 km klimwerk zitten erop als ik door die laatste haarspeld die ik kon zien ga. En daar is de tunnelingang al, dus ik ben op de top. De tunnel mag ik niet in: veel te veel uitlaatgassen! Ik wacht een kwartiertje, mar er komt geen vrachtwagen of busje of zo voorbij. Handdoek nat maken, voor neus en mond knopen en 2,6 km d’n donkeren in. Licht bergaf en lang niet slecht. Aan de andere kant enorme bergtoppen, een totaal ander landschap dan de Suushamyr-vallei. Fiks dalen door vele haarspelden, op 3400 m 4 liter water tappen. Na de haarspelden volg ik de Kara Balta rivier tot in….Kara Balta. Daar eet ik in een dorps tentje, biertje erbij, want Ome Gerrit is jarig en ook dat moet gevierd! De nachtrijder heeft moeite om een goede plek te vinden, overal langs de grote weg naar Bishkek bebouwing. Een zandpad langs een oude Colchose, Soviet-staatsboerderij, gaat ‘m worden. Een strook van 15 meter met hoge bomen langs een lege stal, 100 meter verder wel licht maar hier niets. Auto’s die langskomen zien me niet; mooi! Tentje opzetten, I-podje aan om de laatste liedjes uit het accutje te persen en als ik net slaap: 2 blaffende honden, altijd fijn als je wildkampeert. Ze gaan weg maar dan gerinkel van een ketting, zaklampen: O, O. Voor ik het in de gaten heb zeilt een stok op het tendoek en een stok tegen de fiets. Ik roep “Eeeeh!”. Dat verstaan ze, komen naar de tent. “Toerist?”. “Da, tourist”. “Ah, tourist”, gvolgd door opgelucht gelach.
In de ochtend nodigt de stokkengooier me uit voor een heerlijk ontbijtje, dat zijn moeder heeft bereid. Ik rol na 55 vlakke kilometers rustig Bishkek binnen, waar ik in de mailbox als eerste een schrijven van “ Good Old” Sluiswachter Dirk van Liere aantref, gisteren verstuurd!. Dat doet me deugd, hetgeen ik meteen antwoord. Familie laten weten dat alles goed is. Weerzien met allen tesamen op 8 Oktober; Oktoberfest in Tilburg, dat wordt wel wat! Onderdak vind ik bij Sabyrek’s B&B, itt wat de L.P. beweert wel een warme douche. Een broer van de eigenaar die halfblind is maar naaimachines etc repareert, de hele dag rondscharrelt tussen alle oude spullen die rondom liggen, een Yurt in de tuin, getimmerde hoogslapertjes, een dochtertje van 3 ½ dat ronddartelt en een homestaykat: prima om 3 nachtjes bij te komen.
Bishkek: 1 miljoen mensen, vele Russen ook hier, groene stad met vele parken in het centrum. Karig nachtleven dus tot half 2 ‘s nachts voor jullie allemaal (en voor mij, ik geniet ervan) wat kwatsen op de blog en fotootjes erop zetten (ik zit nu aan de limiet). Gisteren een Amberbier bij Bierhalle Steinbrau: goede eerste smaak maar toch niet het ding helaas. Laat naar de Chinees: rundvlees in Pangangsaus en vis met knoflook. Die naam klopt: een knoflookteen of 50, naast de in de saus versneden knoflook. Op de Skype chatten met Bartje Hoeijmaekers die nu in Praag zit (Die van “ Als je Frankrijk maar door bent…..”, raakte, oh ironie des levens, zelf de vangrail in Frankrijk met gelukkig alleen blikschade na een klapband), de kroeg op de hoek dicht dus lekker naar bed. Plan om vandaag snel te shoppen en dan te vertrekken: inleveren en nog een nacht blijven. Jullie weer een verhaaltje, ik nog meer zin om morgen weer te gaan fietsen.
Het eind komt in zicht: na het Issyk kol-meer naar Naryn, dan met veel gedoe via de Torugart-pas naar Kashgar in China, waar de klim naar de Khunjerab-pas (4800m) wacht. Dan hopelijk een Pakistaans visum krijgen en 3 weken intens genieten van de Karakorum Highway: http://nl.wikipedia.org/wiki/Karakoram_Highway

  • 15 Augustus 2011 - 15:40

    Marijke:

    Hoi Paul,
    GEWELDIG!!!! Ik heb weer genoten van je fantastische verhaal (ben zeker 'n 1/2 uur aan 't lezen geweest).
    Waar ik me telkens weer over verbaas is dat de mensen zo ontzettend gastvrij zijn, dat kom je volgens mij hier in Holland niet meer tegen. (maar ja, wie nodigt nou z'one sympathieke tilburger niet uit voor een lekker ontbijtje, zeker als hij je 's-nachts bijna de stuipen op het lijf jaagt).
    Tot de volgende keer, geniet er lekker van!
    Groetjes, Marijke

  • 15 Augustus 2011 - 19:07

    Jacques Willemen:

    mooi niks voor mij, die tocht die jij maakt, je ken er nergens vegetarisch eten
    maar voor de rest een gigantisch mooi avontuur

  • 15 Augustus 2011 - 21:00

    Han En Ans :

    Hoi paul , we hebben ons al 2 avonden vermaakt met je reisverhalen , het lijken wel boeken , zoveel als jij weet te vertellen, je zit met je gedachten ook helemaal daar in Verwegistan
    Maar wel machtig mooi om te lezen .

    Han heeft nu vakantie bij Destil , maar we hebben nog niks als regen gehad ,, en je krijgt wat je verdient zeggen ze!!!!!!!!!! Dus wat het weer betreft , blijf nog maar ff fietsen daar waar het warm is.
    Groetjes van ons en fiets ze nog en veel plezier overal mee zullen we maar zeggen .
    HOUDOE ANS en HAN
    Groetjes van on

  • 15 Augustus 2011 - 23:31

    Meer Foto's...:

    volgens mij lees ik hier ergens aan het einde van dit prachtige verhaal dat de foto-ruimte volloopt...
    Wie biedt nog wat ruimte? Onderaan de fotopagina kun je doneren!

    Om op het verhaal terug te komen: jemig de pemig, geen idee waar je zit, maar het klinkt weer even mooi en toch ook makkelijk allemaal, met fijne mensen overal, zelfs al slaan ze eerst met stokken dan nog sluit je weer af met een maaltijd! Als ik al die prachtige gerechten lees vraag ik me ook nog eens af waar dat platte buikje dan nog vandaan komt ;-)

    Heel benieuwd naar dat gedicht ook...
    groetjes, Peter

  • 16 Augustus 2011 - 12:53

    Jacques Willemen:

    in Schotland gooit de plaatselijke jeugd met steentjes naar je tent, een keer brullen en ze stoppen

    overigens, op mijn verjaardag zing ik altijd, op de wijs van ""'lang zal je leven'":
    Nooit zal ik sterven
    Nooit zal ik sterven
    Nooit zal ik sterven, in de gloria
    In de gloria
    In de gloria
    Hiep hiep Hoera
    Hiep hiep Hoera
    Hiep Hiep Hoera
    Nooit zal ik sterven
    Nooit zal ik sterven
    Nooit zal ik sterven, in de gloria
    In de gloria
    In de gloria
    Hiep hiep hoera
    hiep hiep hoera
    hiep hiep hoera
    hieperhiephiephoera

    Onder de douche na het opstaan
    en dan ga ik de stad in om een stuk in mijn kraag te zuipen met alcohol vrij bier

  • 19 Augustus 2011 - 20:53

    Helen:

    Ha goeie,

    eindelijk weer bijgelezen, met een goed glas bij een prachtig hout vuurtje.
    Je schrijft prachtige verhalen.

    Ook meteen de foto's van Tom bekeken, ook prachtig.

    X

  • 21 Augustus 2011 - 19:46

    Pascal:

    Hoi Paul,

    Wat een verslagen zeg! Ik zit er nu aan te denken mijn voetbalcarriere bij FVK op te zeggen zodat ik me fulltime bezig kan houden met jouw verslagen lezen.
    Wat een reis maak je mee, mooi hoor.
    Is toch even wat anders als mijn avontuurtjes in Uruguay en Spanje.

    Tot later!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Paul

Hoogtepunt van de reis, sneeuw op de 4655m hoge Ak Baital pas, Tadjikistan

Actief sinds 23 Jan. 2011
Verslag gelezen: 1421
Totaal aantal bezoekers 85881

Voorgaande reizen:

20 Maart 2011 - 26 Augustus 2011

Stukske fietsen

22 Juni 2011 - 26 Augustus 2011

Nog een stukse

Landen bezocht: